De Participatiewet, waarin onder meer de regels rond de bijstandsuitkering zijn geregeld, focust volgens het SCP te veel op betaald werk terwijl dat voor een aanzienlijk deel van de bijstandsgerechtigden niet is weggelegd. Zij kampen met ‘een stapeling van problematiek’ waardoor zelfs op een krappe arbeidsmarkt een volwaardige baan ‘geen reëel perspectief’ is. In sommige gevallen verergeren de problemen door de eenzijdige aanpak. Uit nieuw onderzoek van het planbureau blijkt dat bijstandsgerechtigden gemiddeld vaker problemen hebben met hun mentale en fysieke gezondheid. In veel gevallen missen ze de administratieve vaardigheden die nodig zijn om mee te komen in de samenleving, bovendien ontbreekt het hen aan een sociaal netwerk voor ondersteuning. Ook gemeenten, verantwoordelijk voor de Participatiewet, zien dat het vinden van een baan daardoor voor velen vaak niet realistisch is. Over de auteur Hessel von Piekartz is politiek verslaggever voor de Volkskrant en schrijft over de volksgezondheid, pensioenen en sociale zekerheid. Hij werd in 2022 genomineerd voor de journalistieke prijs De Tegel. Het SCP dringt er daarom bij het kabinet op aan om de Participatiewet fundamenteel te herzien. Nu is het uitgangspunt nog dat gemeenten alles op alles moeten zetten om mensen aan een betaalde baan te krijgen maar dat ‘past niet altijd bij de problemen waar mensen tegenaanlopen’. De wet biedt nu te weinig ruimte voor alternatieve mogelijkheden zoals Participatie in de vorm van vrijwilligerswerk. Ook moet wet- en regelgeving beter op elkaar worden afgestemd. Mensen die kampen met een stapeling van problemen kunnen nu ook geholpen worden door de wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), maar die mogelijkheden worden voor mensen in de bijstand lang niet altijd benut. Zo ziet het SCP dat vooral mensen die lang in de bijstand zitten minder ondersteuning krijgen terwijl juist zij daar baat bij hebben. In het rapport echoën de conclusies die het SCP al in 2019 trok over de Participatiewet . Ook toen maande het planbureau het kabinet om kritisch naar de wet te kijken omdat die gestoeld zou zijn op de verkeerde aanname dat iedereen kan werken. Het SCP concludeerde dat de wet, die in 2015 werd ingevoerd om werklozen sneller aan het werk te krijgen, nauwelijks nieuwe banen had opgeleverd. Sindsdien nam de kritiek toe. In aanloop naar de kabinetsformatie schreef de Vereniging van Nederlandse gemeenten (VNG) dat de wet nodig aan herziening toe was omdat die in de praktijk niet werkte. Er was volgens de VNG onvoldoende geld voor goede begeleiding. Gemeenten zouden zich daardoor vooral richten op kansrijke bijstandsgerechtigden, zwakkere groepen kwamen niet aan het werk en bleven aan de zijlijn. Ook het rigide en harde bijstandsregime van de Participatiewet, waarin bijstandsgerechtigden alle giften moeten opgeven en bijvoorbeeld in principe geen mantelzorg mogen leveren, werd fel bekritiseerd. Vorig jaar kwam minister Carola Schouten (Armoedebeleid en Participatie) met concrete versoepelingen . Zo mogen bijstandsgerechtigden vanaf 2024 tot 1.200 euro aan giften ontvangen en mogen ze mantelzorg leveren of bijverdienen met bijvoorbeeld verkoop van spullen via Marktplaats. Schouten is van plan om de wet ook op andere vlakken aan te passen en onderzoekt nu de mogelijkheden. Volgende week woensdag debatteert de Tweede Kamer over herziening van de wet.
SCP dringt (weer) aan op fundamentele herziening Participatiewet: ‘Te veel focus op betaald werk’
