Amsterdam wil video’s met geweld snel offline kunnen halen via meldpunt

door


Op TikTok, Snapchat en andere sociale media gaan met regelmaat filmpjes rond waar jongeren met wapens te zien zijn. Ze zwaaien naar de camera met wapens of filmen elkaar terwijl er geweld plaatsvindt. De afgelopen jaren zijn er ook regelmatig messen mee naar scholen genomen . Niet alleen op middelbare scholen, maar ook op basisscholen zijn wapens bij kinderen aangetroffen. Wapenincidenten vloeiden hier ook uit voort. De aanleiding zijn steeds vaker de foto’s of video’s die de wapenbezitters online zien, waardoor ze het gevoel krijgen zich ook te moeten bewapenen, vaak uit angst. Dit blijkt onder andere uit onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Een trend die met toenemende sociale media alleen nog maar groter wordt. De circulatie van dit soort schadelijke online content wil de gemeente nu sneller aan banden kunnen leggen. Beeldmateriaal waarin geweldsincidenten worden getoond of waarin wapenbezit wordt verheerlijkt, moeten nog voordat deze viraal gaan offline worden gehaald door de techbedrijven. Zo’n bedrijf moet een melding krijgen van het meldpunt over een filmpje, waarna deze met prioriteit moet worden behandeld en direct worden verwijderd. Het initiatief komt van gemeenteraadslid Fatihya Abdi (PvdA), die steun van burgemeester Femke Halsema en andere partijen tijdens de raadszitting van donderdag ontving. Als voorbeeld noemt ze kindermisbruik dat ook snel offline wordt gehaald door de grote techbedrijven als zij een melding van zogenoemde betrouwbare melders hierover binnenkrijgen. Betrouwbare melders zijn meldpunten die met rijksgeld gefinancierd zijn, zoals Expertisebureau Online Kindermisbruik (EOKM). Zij hebben als taak om illegale content met een verwijderverzoek onder de aandacht te brengen bij websites en sociale mediaplatforms. Omdat zij door deze bedrijven als betrouwbare melders zijn aangeduid worden de verwijderverzoeken met prioriteit behandeld. Abdi: “Zulke video’s worden vaak compleet buiten het zicht van ouders, scholen en omstanders getoond. In die online werkelijkheid groeit onze jeugd op, terwijl het geweld wordt genormaliseerd. Dit leidt vervolgens tot gevoelens van onveiligheid, eenzaamheid, maar ook machteloosheid hiertegen. Daar moet iets aan gebeuren en hopelijk is dit een belangrijke stap.” Het is niet zo dat de gemeente hier morgen mee kan beginnen. Amsterdam zal in Den Haag moeten lobbyen om zo’n meldpunt voor elkaar te krijgen, al is een samenwerking met Expertisebureau Online Kindermisbruik ook een mogelijkheid. Amsterdam gaat ook in overleg met de VNG om steun van andere gemeenten te krijgen. Het meldpunt zal ook ondersteuning bieden aan slachtoffers, die vaak niet zelf naar de politie stappen, bij het inzetten van eventueel strafrechtelijk proces. Raadslid Abdi zegt tevreden te zijn dat ze een meerderheid heeft weten te bereiken, maar wijst erop dat populaire socialemediaplatforms als Snapchat, TikTok, Instagram en Facebook zelf ook een verantwoordelijkheid hebben. Ze vindt dat zij nog onvoldoende doen om gewelddadige content onder jongeren te stoppen. Abdi: “Het is een eerste stap, maar we moeten niet naïef zijn. Socialemediabedrijven nemen al een geruime tijd hun verantwoordelijkheid niet. Het is simpelweg een verdienmodel. Het idee dat het internet onschuldig is en dat je je als overheid en als techreus vooral terughoudend moet opstellen, is wat mijn betreft niet langer meer een optie.” Positieve rolmodellen Een motie van raadslid Sheher Khan (Denk) werd ook aangenomen. Hij wil kijken hoe de gemeente het geluid en de (online) aanwezigheid van positieve rolmodellen kan vergroten. Als voorbeeld noemde hij rapper Tur-G en jongerenwerker en spoken word artiest Abid Tounssi. Aan de gemeente de taak hoe ze deze influencers kunnen gebruiken om een positieve invloed te hebben op de jeugd, zoals bij uitnodigingen van gemeentelijke evenementen of om hen een online podium te geven om content te verspreiden. Blijf 24/7 op de hoogte: download onze mobiele app voor Android of iOS . Heb je een tip of opmerking voor de redactie? Stuur een bericht naar onze tiplijn.